Accentjes:
De buitenrandjes rond de ogen, neus en mond.
Allergee:
Een dode of levende lichaamsvreemde stof, van chemische of
fysische aard, die een allergische reactie veroorzaakt.
Allergieën:
Van mensen voor katten, dit kan oa van de haar of de
huidschilfers zijn.
Amber:
Gelige kleur van de ogen.
Antistoffen:
Stoffen die levende wezens zelf aanmaken om een bepaalde
lichaamsvreemde stof bv ziektekiemen te bestrijden.
Bi-Colour:
Elke willekeurige kleur met wit, liefst zo gelijkmatig
mogelijk verdeeld.
Blotched:
Letterlijk vlek, klodder, gemarmerd.
Break: Punt
waar de snuit eindigt en overgaat in wangen of voorhoofd.
Broek:
Lange beharing aan achterzijde van de achterpoten.
Bovenbeet:
Waarbij de bovenkaak duidelijk naar voren uitsteekt t.o.v de
onderkaak. Dit in tegenstelling tot onderbeet. Fokken
hiermee wordt afgeraden. Bij meer dan 2mm wordt oop en
kattenshow een kwalificatie geweigerd.
Colourpoint:
Tekening met donkere extremiteiten, gezicht, oren, poten en
staart, zijn duidelijker donkerder gekleurd dan de rest van
het lichaam. Kleur van de points is hetzelfde als de
lichaamskleur.
Cryptorchisme:
Een kater met een of geen testikels, die neergedaald zijn
uit het scrotum in de lies. Vaak niet vruchtbaar en
erfelijk. Fokken wordt hiermee afgeraden.
Dermatologisch:
De huid betreffend.
Dilute:
Term uit de genetica; verdund.
Dominant:
Overheersend; in de genetica; het kitten vertoont een
eigenschap al wanneer deze door een van beide ouders wordt
doorgegeven.
EMS: Easy Mind System.
Extremiteiten:
Gezicht, oren, poten en staart.
Fenotype:
Genetica term voor het uiterlijk van de kat.
Flanken:
Zijkant van het lichaam tussen de ribbenkast en de dijen.
Genetica:
Erfelijkheidsleer; kennis van de erfelijke eigenschappen die
(in dit geval) katten aan de volgende generatie kunnen
doorgeven.
Genotype:
Term voor de genetische samenstelling van een kat.
Ghost marking:
Spooktekening; zeer onduidelijke tekening bij een op het
eerste gezicht egaal gekleurde kat. Vaak zichtbaar bij
kittens maar verdwijnt meestal als ze ouder worden.
Glitter:
Wanneer aan de buitenkant van bruine haren het pigment
ontbreekt geeft dat een effect alsof de kat met goudglitter
is bestrooid.
Heterozygoot:
Term voor een niet fokzuivere eigenschap (Dd).
Homozygoot:
Term voor fokzuivere eigenschap (dd of DD).
Incubatie tijd:
De tijd tussen de besmetting met een ziekte en de eerste
verschijnselen.
Inhibitor gen:
Dominant verervend gen wat een zilverwitte ondervacht
veroorzaakt.
Inteelt:
Paring van nauw verwante dieren, BV moeder en zoon, wordt
soms met opzet gedaan om te achterhalen of er ongewenste
recessieve genen aanwezig zijn.
Knikstaart:
Afwijking in de staartwervel, mag niet.
Lijnteelt:
Wanneer verwante dieren met elkaar gepaard worden, BV
halfbroer x halfzus.
Locket: Een
ongewenste kleine witte vlek die meestal op de nek, in de
lies of in de oksel voorkomt maar ook wel eens op de tenen
of voeten, die waarschijnlijk het gevolg is van een gen voor
witte vlekken wat niet dominant is.
Lopertjes:
Onderkant voetjes.
Mackerel:
Vachtpatroon gestreept. De vacht vertoont op de flanken
donkere, ononderbroken strepen. Een paar stippellijnen over
de rug en banden om de hals, poten en staart. Een
karakteristiek kenmerk van ge-streepte en andere tabby
katten is, hoewel niet altijd even duidelijk, de ‘M’ op het
voorhoofd.
Maltesing:
Kleur verdunning BV blauw is een verdunning van zwart.
Muzzle: Dit
is het neusleertje van de snuit.
Neusbrug:
Bovenkant van de neus.
Neusleer:
Voorkant van de neus.
Neusleertje of
neusspiegel: Ook wel Muzzle genoemd: is de onbehaarde
voorkant van de neus. De kleur van de spiegel is specifiek
voor een vachtkleur of vachttekening.
Non agouti:
Zonder vachtpatroon, wanneer de haren van een kat effen
gekleurd zijn. In principe zijn de haren van wortel tot punt
egaal gekleurd. Is de kat helemaal egaal gekleurd dan wordt
dat ook wel solid of self genoemd.
Odd-eyed:
Oneven gekleurde ogen, BV een blauw en een geel oog.
Oligidactylisme: Katten met deze afwijking hebben minder
dan het normale aantal tenen aan de poten.
Pied:
Onregelmatig verdeelde kleurvlekken.
Pigmentatie:
Kleuring.
Pinch:
Benaming voor een duidelijk inkeping aan de zijkant van de
kop bij de overgang van snuit naar wangen.
Pointed:
Tekening op de extremiteiten ( poten, gezicht, oren en
staart ), zie ook colourpoint en tabbypoint.
Points:
Gezicht, poten, oren en staart.
Polydactylisme:
Polydactyl katten hebben meer dan normale aantal tenen, soms
wel tot het dubbele aantal.
Prominent:
Opvallend, in het oog springend, vooruitstekend.
Recessief:
Term uit de genetica, het kitten vertoont een eigenschap pas
wanneer het door beide ouders wordt doorgegeven.
Rufous:
Verwijst naar de mate van rossigheid van de vachtkleur, met
name bij de vachtkleur van bruine tabbies. De rufous factor
verandert vaal beige ‘geel’ in een briljante abrikoos kleur,
en vaal oranje in briljant rood.
Schilpad,
lapjeskat: Een schildpad of tortie heeft zwarte, rode en
lichtrode, onregelmatig gevormde en willekeurig verdeelde
vlekken op de vacht. In de verdunde vorm zijn de vlekken
blauw en crème. De kleuren moeten duidelijk en helder zijn,
en kunnen gevlekt of vermengd zijn. Grote en/of kleine
vlekken zijn binnen de kleurverdeling toegestaan.
Sepia:
Schijnbaar effen gekleurde kat die het gen voor points
draagt. Soms is het ook te zien dat de staart en poten iets
donkerder zijn.
Shaded:
Vachtpatroon waarbij de haren 1/3 gekleurd zijn.
Shell:
Andere naam voor tipping.
Smoke:
Vachtpatroon waarbij de haren 2/3 gekleurd zijn. Met een
silvere ondervacht.
Solid / self:
Term die wordt gebruikt voor effen gekleurde katten.
Solitair:
Alleen.
Spooktekening:
Spooktekening; zeer onduidelijke tekening bij een op het
eerste gezicht egaal gekleurde kat. Vaak zichtbaar bij
kittens maar verdwijnt meestal als ze ouder worden.
Spotted:
Vachtpatroon gevlekt.
Stop: Diepe
inkeping in de neusrug ter hoogte van de ogen.
Tabby:
Algemene term voor alle gestreept, gevlekt en gemarmerd.
Tabby point:
Tabby tekening op de extremiteiten.
Tan: Rood
bruin.
Textuur
Structuur: Samenstelling.
Thumb print:
Donkere veeg op de achterkant van het oor in de vorm van een
duimafdruk.
Tipping /
tipped: Vachtpatroon waarbij alleen de uiterste punten
van de haren gekleurd zijn.
Torbie:
Populaire afkorting van tortie tabby.
Torso:
Romp.
Tortie tabby:
Term voor een kat die zowel tabby als schilpad tekening
heeft. Worden in het kort torbie genoemd.
Verdunning:
Lichtere uitvoering van een kleur BV de verdunning van rood
is crème.
Whisker break:
Daar waar de snorhaarkussens overgaan in de wang.
Copyright 2012 © Siberische Kat Info. All Rights Reserved. Disclaimer
|